Ben Guntenaar

Sculpture

Ben Guntenaar wordt gerekend tot de generatie beelhouwers die zich vanaf de Tweede Wereldoorlog van figuratieve kunst naar de abstracte kunst keerde. Uit zijn latere werk – uitgevoerd in wit marmer en Villoneur - bleek een voorkeur voor geslotenheid, grote vormen, architectonisch karakter en harmonie. 

Werk is opgenomen in Rijks-, Gemeente- en bedrijfscollecties, vaak in opdracht gemaakt en in samenwerking met architecten als Bakema, Bodon, Rietveld, Salomons en Stam.

Vanaf 1952 exposeerde Guntenaar ondermeer in Sonsbeek (Arnhem), Middelheim (Antwerpen), Stuttgart, Salzburg, Parijs, Brussel, Gallerie Creuze (Parijs), Museum Boijmans, Palais des Beaux-Arts Charlerois en het Stedelijk Museum Amsterdam. Een groot -tijdelijk - werk was te zien op de wereldtentoonstelling in Brussel 1956 op het Nederlands paviljoen waar hij samen met collega kunstenaar Karel Appel, Carel Blazer was uitgenodigd voor deelname. 

Belangrijkste Galleries die Guntenaar vertegenwoordigden waren ‘Le Canard’, ‘Swart’ en ‘Espace’ in Amsterdam. 

Voorjaar 2010 was werk te zien in museum Beelden aan Zee, op de tentoonstelling ‘Vaders en Zonen’ met collega’s Carel Kneulman, Piet Slegers, Shinkichi Tajiri en Carel Visser.

De ‘Zonen’ van deze beeldhouwers zijn de door henzelf gekozen beeldhouwers van opvolgende generaties. 

Opleiding aan de Rijksacademie bij Prof. J. Bronner.
Leraar aan de Rietveld Academie van 1952-1968